Mijn laatste tripreport: God versus drugs
Geplaatst: wo feb 08, 2017 4:15 pm
Iedereen die weleens psychedelica gebruikt heeft kent die waanzinnige gevoelens wel die deze klasse van drugs teweeg kan brengen. Het overweldigende gevoel van eenheid, nietigheid, diepzinnigheid, en nog meer moeilijk te omschrijven ervaringen waar je stil van wordt en waar eigenlijk nauwelijks woorden voor zijn. Toch knal je op een gegeven moment tegen een glazen plafond. De wereld van de psychedelica is niet eindeloos, soms ga je hard op je bek en soms lijkt alles toch ineens zinloos, en vraag je je af waarom je drugs ook alweer zo leuk vond. Voor elke geniale ervaring is er ook een kutervaring.
Wat is de betekenis van dit alles? Dergelijke filosofische vragen komen veelal op bij de psychonaut, die alle ervaringen al eens voor zijn geestesoog voorbij zag trekken, en die het spirituele domein uitentreuren verkent, maar het nooit helemaal zal begrijpen. Wat je ziet komt helemaal niet voor in de fysieke wereld waar je normaal in leeft. Alles wat ik gevoeld en beleefd heb op paddo’s, LSD, 2C-B, 25I-NBOMe, ayahuasca en (in mindere mate) MDMA en cannabis heb ik geprobeerd te doorgronden, en ik heb geprobeerd vast te houden aan het goede gevoel. Ik heb zelfs met het idee gespeeld om een nieuwe religie op te richten.
Want God was er ook. God liet merken dat Hij er was toen ik een zegeltje onder mijn tong had gelegd, Hij toonde me waanzinnige hoeveelheden licht toen ik onder invloed was van een designerdrug, en Hij wilde zelfs een gesprek met me aangaan toen ik ayahuasca tot me nam. God is er altijd geweest en gaf zoveel hints dat ik bij Hem moest komen, maar ik kon niets met de bestaande religies. Religies hangen immers aan elkaar van regeltjes, rituelen, verboden en geboden, zonder daadwerkelijk tot de essentie te komen. De geijkte paden zouden niet voor me weggelegd zijn.
Dacht ik.
Vorig jaar belandde ik in een crisis. Toegegeven, deze had niet direct te maken met drugs – ik ben altijd een matige gebruiker geweest en heb in deze periode behoorlijk weinig gebruikt, behalve eenmaal per drie maanden MDMA. De crisis had eerder te maken met mijn beschadigde hart; niet in letterlijke zin (ik ben geen hartpatiënt), maar in metaforische zin. Ik kwam erachter dat ik noch mezelf, noch een ander echt kon liefhebben. Sterker nog, ik kwam erachter dat ik mezelf eigenlijk al jaren ten diepste had gehaat, en dat altijd geprobeerd had te verbloemen. Mijn verleden van emotionele beschadiging had me ingehaald. Hierdoor belandde ik in een zware depressie. Hoe doorbreek je zoiets?
Ik probeerde van alles. Gesprekken met een psycholoog en een psychiater, antidepressiva, een meditatiecursus. Het hielp allemaal geen zak. Elke keer deed ik een stapje vooruit, maar direct daarna weer een stapje terug, zodat ik weer op hetzelfde punt uitkwam. Soms had ik er geen zin meer in en wilde ik eigenlijk liever opgeven. Maar het was mijn eer te na om te stoppen met vechten. Diep van binnen voelde ik, hoe ongelukkig ik ook was, dat er ooit een verandering zou komen. Zelfs als ik nog jaren in de shit zou zitten, dan nog zou het de moeite waard zijn als uiteindelijk de doorbraak zou komen.
Een goede vriend van mij, die al jarenlang het evangelie aan me probeerde te verkonden – soms tot mijn grote ergernis – had me aangeraden om naar een Christelijk seminar te gaan. Hier zouden precies die problemen worden aangepakt waar ik mee worstelde: emotionele beschadiging, een negatief zelfbeeld, relatieproblemen. Ik was sceptisch, maar ook wanhopig genoeg om iedere strohalm aan te pakken.
De weken gingen voorbij terwijl langzaam het weekend van het seminar (medio oktober) naderde, en mijn twijfels en scepsis bleven de overhand voeren. Tot er drie dagen voor aanvang van het seminar iets bijzonders gebeurde. Op een verlaten bospad kwam ik de pastor van een internationale kerk tegen, die aan het joggen was (dus niet bezig was met evangeliseringswerk), maar sterk het gevoel had dat ze een boodschap van de Heer met me moest delen. Ze vertelde me dat God nooit de intentie had om me pijn te doen, en dat Hij een hoopvolle toekomst voor me had.
Dat was de eerste keer dat ik nuchter een boodschap van God ontving. Voor mij was dat een indicatie dat deze God niet alleen maar een hallucinatie was – al geloofde ik altijd al wel dat God ook een basis in de realiteit had.
Het weekend erna stond mijn leven compleet op zijn kop. Ineens kwam ik in een omgeving terecht waar ik de Goddelijke liefde kon ervaren als nooit tevoren. Het is alsof alle bizarre gewaarwordingen uit het spirituele domein, die ik zo goed kende door mijn ervaringen met psychedelica, ineens door een filter werden gepropt. Alleen de goede bovennatuurlijke krachten bleven over. Ik was enthousiast en wilde deze God graag beter leren kennen.
Er was één probleempje: contact leggen met de perfecte, alomtegenwoordige God kon alleen maar via Jezus. En Jezus, daar geloofde ik niet in. Al die onzinverhalen uit de Bijbel.
Tijdens het seminar belandde ik op de stoel in het midden waar je je verhaal mag doen. Uiteindelijk kregen ze me zo gek om mijn persoonlijke verhaal uit de doeken te doen, en om Jezus een eerlijke kans te geven. Per slot van rekening had ik Hem nog nooit écht ontmoet. Ik liet Jezus toe in mijn leven, en stond Hem toe om mijn hart te veranderen. Dat is precies wat er gebeurde.
De maanden erna werden de heilige huisjes uit mijn atheïstisch-dogmatische leven één voor één omver getrapt. Mijn uiterst felle pro-vrije-seks-en-drugs-houding verzwakte zienderogen. Langzaam begon ik in te zien dat werkelijk geluk niet schuilde in altijd maar doen waar je zelf zin in hebt, zonder rekening te houden met wat nu echt een gezonde manier van leven is. Tegelijk leerde ik ook dat het Christendom helemaal niet draait om ‘je aan de regeltjes houden’. In de Bijbel, zo leerde ik, staat duidelijk dat er geen veroordeling is voor hen die geloven. Wanneer je Jezus volgt, zal je automatisch meer geneigd zijn om met God te leven – dat is een soort natuurwet. En je wordt er ook gelukkiger van. Mijn depressie was dan ook verdwenen.
Er stond echter nog een feestje in de planning met oud en nieuw, alwaar ik met vrienden MDMA zou gaan gebruiken. Diep van binnen had ik al wel het idee dat drugsgebruik niet meer echt paste bij mijn nieuwe levensovertuiging, maar ik liet me niet kennen. Per slot van rekening wilde ik niet zijn zoals andere Christenen, die altijd maar met hun vingertje wijzen naar ‘die stoute drugsgebruikers’. Ik wilde in ieder geval één keer ervaren hoe het is om de liefde van de levende God te combineren met een synthetisch middel dat ook het liefdesgevoel versterkt.
Dus ik gebruikte MDMA, nog één laatste keer. Zodat niemand me een hypocriete lul kan noemen, maar ook omdat het gewoon erg leuk is. Zoals gebruikelijk namen we rond een uurtje of 10 onze halfjes in, en binnen een uur ging iedereen behoorlijk lekker. Het jaar 2016 liep op zijn einde, en op de radio draaide de Top 2000, die ook aan zijn laatste nummers bezig was.
Ondanks de kunstmatig geïnduceerde blijdschap die ik voelde, kwamen ook ineens de twijfels. Had ik het niet verneukt? Had ik niet alle progressie van de afgelopen drie maanden teniet gedaan door er een pil in te mikken? Mijn antwoord kwam vrijwel direct, en het kwam van de radio, waar inmiddels Stairway To Heaven draaide van Led Zeppelin;
“Yes there are two paths you can go by, but in the long run // There’s still time to change the road you’re on…”
Ik wist toen dat alles goed was, dat er geen veroordeling was, maar ook dat dit inderdaad mijn laatste keer moest blijven. Ik had een prachtige avond met mijn vrienden, heb intens genoten van al het onderlinge contact, van de muziek, en van de MDMA. In de week erna voelde ik me kut, want MDMA. Jullie kennen het. Gelukkig bleef de grijze sluier ditmaal niet hangen.
Wat is mijn conclusie van dit verhaal? Er zijn er meerdere. Om te beginnen moet je niet bang zijn je levensfilosofie drastisch te herzien als je tot de conclusie komt dat je op een dood spoor zit. Het psychonautisme is geen levensvatbare geloofsovertuiging, hooguit een opstapje. Daarnaast moet je niet bang zijn dat het te laat is om te veranderen of om fouten te maken, want dat is het hele idee van genade – dat je fouten niet tegen je gebruikt zullen worden. Tot slot: laat je niet misleiden door vooroordelen. Ja, God heeft een imagoprobleem, en Jezus nog veel meer – maar dat betekent niet dat de kracht die achter deze namen schuil gaat waardeloos is. Integendeel. Deze kracht kun je gebruiken om de innerlijke demonen die zovelen van ons plagen te verzwakken en uiteindelijk te overwinnen.
Ik hoop dat andere drugsgebruikers hierdoor geïnspireerd zijn. Sommigen van jullie zullen wellicht denken dat ik knettergek ben geworden, maar dat is oké. Per slot van rekening begrijp je het pas echt wanneer je het zelf hebt ervaren. Ik denk dat de wil om ‘out of the box’ te denken, nieuwsgierigheid en de wil om dingen uit te proberen positieve eigenschappen zijn van drugsgebruikers, maar dat je die eigenschappen beter kan gebruiken voor iets anders. Geef Jezus een eerlijke kans, en wie weet wat er kan gebeuren…
Vaarwel, en het ga jullie goed!
Wat is de betekenis van dit alles? Dergelijke filosofische vragen komen veelal op bij de psychonaut, die alle ervaringen al eens voor zijn geestesoog voorbij zag trekken, en die het spirituele domein uitentreuren verkent, maar het nooit helemaal zal begrijpen. Wat je ziet komt helemaal niet voor in de fysieke wereld waar je normaal in leeft. Alles wat ik gevoeld en beleefd heb op paddo’s, LSD, 2C-B, 25I-NBOMe, ayahuasca en (in mindere mate) MDMA en cannabis heb ik geprobeerd te doorgronden, en ik heb geprobeerd vast te houden aan het goede gevoel. Ik heb zelfs met het idee gespeeld om een nieuwe religie op te richten.
Want God was er ook. God liet merken dat Hij er was toen ik een zegeltje onder mijn tong had gelegd, Hij toonde me waanzinnige hoeveelheden licht toen ik onder invloed was van een designerdrug, en Hij wilde zelfs een gesprek met me aangaan toen ik ayahuasca tot me nam. God is er altijd geweest en gaf zoveel hints dat ik bij Hem moest komen, maar ik kon niets met de bestaande religies. Religies hangen immers aan elkaar van regeltjes, rituelen, verboden en geboden, zonder daadwerkelijk tot de essentie te komen. De geijkte paden zouden niet voor me weggelegd zijn.
Dacht ik.
Vorig jaar belandde ik in een crisis. Toegegeven, deze had niet direct te maken met drugs – ik ben altijd een matige gebruiker geweest en heb in deze periode behoorlijk weinig gebruikt, behalve eenmaal per drie maanden MDMA. De crisis had eerder te maken met mijn beschadigde hart; niet in letterlijke zin (ik ben geen hartpatiënt), maar in metaforische zin. Ik kwam erachter dat ik noch mezelf, noch een ander echt kon liefhebben. Sterker nog, ik kwam erachter dat ik mezelf eigenlijk al jaren ten diepste had gehaat, en dat altijd geprobeerd had te verbloemen. Mijn verleden van emotionele beschadiging had me ingehaald. Hierdoor belandde ik in een zware depressie. Hoe doorbreek je zoiets?
Ik probeerde van alles. Gesprekken met een psycholoog en een psychiater, antidepressiva, een meditatiecursus. Het hielp allemaal geen zak. Elke keer deed ik een stapje vooruit, maar direct daarna weer een stapje terug, zodat ik weer op hetzelfde punt uitkwam. Soms had ik er geen zin meer in en wilde ik eigenlijk liever opgeven. Maar het was mijn eer te na om te stoppen met vechten. Diep van binnen voelde ik, hoe ongelukkig ik ook was, dat er ooit een verandering zou komen. Zelfs als ik nog jaren in de shit zou zitten, dan nog zou het de moeite waard zijn als uiteindelijk de doorbraak zou komen.
Een goede vriend van mij, die al jarenlang het evangelie aan me probeerde te verkonden – soms tot mijn grote ergernis – had me aangeraden om naar een Christelijk seminar te gaan. Hier zouden precies die problemen worden aangepakt waar ik mee worstelde: emotionele beschadiging, een negatief zelfbeeld, relatieproblemen. Ik was sceptisch, maar ook wanhopig genoeg om iedere strohalm aan te pakken.
De weken gingen voorbij terwijl langzaam het weekend van het seminar (medio oktober) naderde, en mijn twijfels en scepsis bleven de overhand voeren. Tot er drie dagen voor aanvang van het seminar iets bijzonders gebeurde. Op een verlaten bospad kwam ik de pastor van een internationale kerk tegen, die aan het joggen was (dus niet bezig was met evangeliseringswerk), maar sterk het gevoel had dat ze een boodschap van de Heer met me moest delen. Ze vertelde me dat God nooit de intentie had om me pijn te doen, en dat Hij een hoopvolle toekomst voor me had.
Dat was de eerste keer dat ik nuchter een boodschap van God ontving. Voor mij was dat een indicatie dat deze God niet alleen maar een hallucinatie was – al geloofde ik altijd al wel dat God ook een basis in de realiteit had.
Het weekend erna stond mijn leven compleet op zijn kop. Ineens kwam ik in een omgeving terecht waar ik de Goddelijke liefde kon ervaren als nooit tevoren. Het is alsof alle bizarre gewaarwordingen uit het spirituele domein, die ik zo goed kende door mijn ervaringen met psychedelica, ineens door een filter werden gepropt. Alleen de goede bovennatuurlijke krachten bleven over. Ik was enthousiast en wilde deze God graag beter leren kennen.
Er was één probleempje: contact leggen met de perfecte, alomtegenwoordige God kon alleen maar via Jezus. En Jezus, daar geloofde ik niet in. Al die onzinverhalen uit de Bijbel.
Tijdens het seminar belandde ik op de stoel in het midden waar je je verhaal mag doen. Uiteindelijk kregen ze me zo gek om mijn persoonlijke verhaal uit de doeken te doen, en om Jezus een eerlijke kans te geven. Per slot van rekening had ik Hem nog nooit écht ontmoet. Ik liet Jezus toe in mijn leven, en stond Hem toe om mijn hart te veranderen. Dat is precies wat er gebeurde.
De maanden erna werden de heilige huisjes uit mijn atheïstisch-dogmatische leven één voor één omver getrapt. Mijn uiterst felle pro-vrije-seks-en-drugs-houding verzwakte zienderogen. Langzaam begon ik in te zien dat werkelijk geluk niet schuilde in altijd maar doen waar je zelf zin in hebt, zonder rekening te houden met wat nu echt een gezonde manier van leven is. Tegelijk leerde ik ook dat het Christendom helemaal niet draait om ‘je aan de regeltjes houden’. In de Bijbel, zo leerde ik, staat duidelijk dat er geen veroordeling is voor hen die geloven. Wanneer je Jezus volgt, zal je automatisch meer geneigd zijn om met God te leven – dat is een soort natuurwet. En je wordt er ook gelukkiger van. Mijn depressie was dan ook verdwenen.
Er stond echter nog een feestje in de planning met oud en nieuw, alwaar ik met vrienden MDMA zou gaan gebruiken. Diep van binnen had ik al wel het idee dat drugsgebruik niet meer echt paste bij mijn nieuwe levensovertuiging, maar ik liet me niet kennen. Per slot van rekening wilde ik niet zijn zoals andere Christenen, die altijd maar met hun vingertje wijzen naar ‘die stoute drugsgebruikers’. Ik wilde in ieder geval één keer ervaren hoe het is om de liefde van de levende God te combineren met een synthetisch middel dat ook het liefdesgevoel versterkt.
Dus ik gebruikte MDMA, nog één laatste keer. Zodat niemand me een hypocriete lul kan noemen, maar ook omdat het gewoon erg leuk is. Zoals gebruikelijk namen we rond een uurtje of 10 onze halfjes in, en binnen een uur ging iedereen behoorlijk lekker. Het jaar 2016 liep op zijn einde, en op de radio draaide de Top 2000, die ook aan zijn laatste nummers bezig was.
Ondanks de kunstmatig geïnduceerde blijdschap die ik voelde, kwamen ook ineens de twijfels. Had ik het niet verneukt? Had ik niet alle progressie van de afgelopen drie maanden teniet gedaan door er een pil in te mikken? Mijn antwoord kwam vrijwel direct, en het kwam van de radio, waar inmiddels Stairway To Heaven draaide van Led Zeppelin;
“Yes there are two paths you can go by, but in the long run // There’s still time to change the road you’re on…”
Ik wist toen dat alles goed was, dat er geen veroordeling was, maar ook dat dit inderdaad mijn laatste keer moest blijven. Ik had een prachtige avond met mijn vrienden, heb intens genoten van al het onderlinge contact, van de muziek, en van de MDMA. In de week erna voelde ik me kut, want MDMA. Jullie kennen het. Gelukkig bleef de grijze sluier ditmaal niet hangen.
Wat is mijn conclusie van dit verhaal? Er zijn er meerdere. Om te beginnen moet je niet bang zijn je levensfilosofie drastisch te herzien als je tot de conclusie komt dat je op een dood spoor zit. Het psychonautisme is geen levensvatbare geloofsovertuiging, hooguit een opstapje. Daarnaast moet je niet bang zijn dat het te laat is om te veranderen of om fouten te maken, want dat is het hele idee van genade – dat je fouten niet tegen je gebruikt zullen worden. Tot slot: laat je niet misleiden door vooroordelen. Ja, God heeft een imagoprobleem, en Jezus nog veel meer – maar dat betekent niet dat de kracht die achter deze namen schuil gaat waardeloos is. Integendeel. Deze kracht kun je gebruiken om de innerlijke demonen die zovelen van ons plagen te verzwakken en uiteindelijk te overwinnen.
Ik hoop dat andere drugsgebruikers hierdoor geïnspireerd zijn. Sommigen van jullie zullen wellicht denken dat ik knettergek ben geworden, maar dat is oké. Per slot van rekening begrijp je het pas echt wanneer je het zelf hebt ervaren. Ik denk dat de wil om ‘out of the box’ te denken, nieuwsgierigheid en de wil om dingen uit te proberen positieve eigenschappen zijn van drugsgebruikers, maar dat je die eigenschappen beter kan gebruiken voor iets anders. Geef Jezus een eerlijke kans, en wie weet wat er kan gebeuren…
Vaarwel, en het ga jullie goed!